Supporting materials
Activiteiten rond het onderwerp: Stenen Tijdperk (Word)
Activiteiten rond het onderwerp: Stenen Tijdperk (Pdf)
Download
Download this article as a PDF
Vertaald door Piet Das. Leerlingen uit het klaslokaal meenemen opent een heel scala aan mogelijkheden om jonge kinderen iets te leren over de wereld buiten.
Het Stenen Tijdperk was voor onze voorouders misschien geen leuke tijd om in te leven, maar er iets over te weten te komen kan een leuke en leerzame ervaring zijn voor jonge kinderen.
For the past decade, my colleagues and I have run an educational initiative called ‘a week on the meadow’ in our small school, which caters for pupils aged 6-18 who have special educational needs. It started life as a break from routine, a chance to give the younger children a breather from the daily timetable of classroom-based learning. But it has evolved into an educational tool for teaching a wide range of topics centred on science, and one we think can be easily adapted for primary-age children of all abilities.
Elk jaar wisselen twee klassen, 20 tot 30 kinderen totaal, en met leerlingen van verschillende leeftijden (6-11), gedurende een week in het voorjaar of zomer, de klas voor een nabijgelegen weide om te leren in de open lucht. In eerste instantie organiseerden mijn collega en ik het project alleen, in de afgelopen jaren hebben we de hulp van een leraar in opleiding (LIO) en een student gekregen. We hebben ook de steun van een plaatselijke boer die ons zijn weide leent en ons toegang tot zijn velden geeft en van een lokale scoutinggroep die ons voorziet van een yurt in geval van regen. Met deze eenvoudige middelen besteden we onze dagen met leren over de natuur, met elk jaar de nadruk op een ander thema. In 2010 onderzochten we het leven in het Stenen Tijdperk.
Hoewel we kinderen onderwijzen die speciale problemen hebben (zoals leerproblemen, concentratieproblemen en bewegingsstoornissen), zit het mooie van de week op de weide daarin, dat het een hele reeks activiteiten omvat die gericht zijn op verschillende interesses en niveaus.
Een weide met daar dichtbij bomen en een beek is ideaal, omdat je het kunt gebruiken voor een reeks onderwerpen zoals planten, insecten, voeding en zelfs het bouwen van eenvoudige bouwwerken. Het concept is echter flexibel genoeg om te worden aangepast aan een verscheidenheid van locaties en onderwerpen – in voorgaande jaren, hebben we gebruik gemaakt van thema’s als piraten, ridders en jonkvrouwen, de Middeleeuwen, paarden, boerderijdieren, schepen, luchtvaart en de Olympische Spelen. En als je geen gebruik kunt maken van een weide zou je misschien naar een lokaal park kunnen gaan.
Het project begint een week voordat we naar de wei gaan met een doos met boeken over ons gekozen thema, in dit geval het Stenen Tijdperk. Als klas praten we over verschillende aspecten van het door ons gekozen onderwerp, bijvoorbeeld over het landschap, de wilde dieren die daar zwierven en hoe de mens leefde in die tijd: jacht op dieren, het verzamelen van planten, woonsituatie, gezinsleven, gereedschappen, en zo voorts. Slimme kinderen kunnen wat extra lezen in hun vrije tijd.
De echte pret begint wanneer we de eerste dag aankomen op de weide. Na aankomst kunnen de kinderen vrij het gebied verkennen dat ze de komende paar dagen gaan leren kennen. De leefomstandigheden zijn veel eenvoudiger dan de kinderen gewend zijn. De eerste paar jaar dat we het project liep, hadden we niet eens toiletten, in plaats daarvan groeven de kinderen een latrine en bouwden een scherm van stokken, gras en bladeren. Zelfs toen de boer draagbare toiletten had verstrekt, redden we het nog steeds zonder stromend water: voor het wassen van handen en eten namen we water mee jerrycans, voor het wassen van penselen gebruikten we water uit de beek. Het is zeker nuttig om onderdak hebben (wij gebruikten een yurt) om’s nachts apparatuur op te slaan, of voor de leerlingen om te schuilen in de loop van de dag als het regent, maar verder zijn de eisen aan de infrastructuur minimaal. De eenvoudige leefomstandigheden kunnen echter daadwerkelijk worden omgezet in leerervaringen. En natuurlijk zorgt het ervoor dat de leerlingen het waarderen wanneer ze weer terugkeren naar de 21e eeuw als ze weer elke avond naar huis gaan.
Voor veel van onze thema’s geldt, dat een groot deel van het project wordt besteed aan het uitvinden hoe mensen zichzelf voedden. Dit is een geweldige kans voor interdisciplinair leren, waarbij een breed scala aan activiteiten die geschikt gemaakt kunnen worden voor verschillende niveaus, en waarbij verschillende thema’s uit wetenschap en technologie worden gecombineerd.
Ons Stenen Tijdperk project bevatte bijvoorbeeld een groepsactiviteit “leren over de jacht”. De jagersgroep – en dit was bij zowel meisjes als jongens populair – maakte pijlen en bogen van takken en touww1 en ze leerden ze te gebruiken. Het hebben van een klein bos in de buurt om stokken en takken te verzamelen was erg handig maar natuurlijk is het ook mogelijk om, indien nodig, de materialen van elders aan t voeren.
Deze activiteit biedt aanzienlijke mogelijkheden voor experimenteren en problemen leren oplossenw2. Welke houtsoort werkt het beste? Hoe dik? Hoe droog? En wat is de beste manier om pijlen afte schieten? Wat is beter: met de wind mee of tegen de wind in? Moet je horizontaal mikken of omhoog? Laten veren de pijl rechter vliegen? De leerlingen stelden spontaan veel van deze vragen zelf, maar docenten kunnen ook helpen om de oefening te structureren door suggesties te doen en de kinderen in de juiste richting te wijzen.
Natuurlijk gaat jagen samen met verzamelen. In verschillende weken op de weide hebben we een reeks verzamelactiviteiten uitgeprobeerd, om op die manier meer over planten en voedsel te leren. Een groep verzamelde bijvoorbeeld kruiden, zoals kamille, munt en citroenbalsem tegen ontstekingen. Veel kinderen waren niet bekend met deze kruiden dus hielden we een proeverij en we roken aan de planten voor en na inweken in heet waterw2.
Een andere groep verzamelde eetbare bladeren zoals paardebloemen om een salade te maken die de klas gezamenlijk opat. Een derde groep verzamelde tarwekorrels op de velden van de boer, maalde ze tot meel en maakte er platte brodenw3 van, waarbij ze verschillende bakmethodes testten, onder andere boven een open vuur en met hete stenen.
Het bouwen van een kampvuur levert een bijdrage aan de broodbak-activiteit en om te leren welke materialen goed branden. Ook is het daarbij belangrijk hoe je schade aan het landschap voorkomt, door lokale materialen, zoals zand, aarde en water uit de beek te gebruiken bij het opruimen achteraf. Het speelt ook een rol in de laatste fase van onze week op de weide: de uitnodiging van de ouders zodat ze kunnen wat hun kinderen geleerd hebben.
Met dit soort projecten moet je de veiligheid uiteraard goed in de gaten houden. Maar met verstandige voorzorgsmaatregelen hadden we maar één ongelukje in 10 jaar. Onze weide is omheind en we gebruiken afzetlint om de kinderen te beperken tot slechts een deel ervan; leerlingen die niet binnen de grenzen blijven van de tape worden teruggestuurd naar school. Te allen tijde is elk kind een onderdeel van een groep onder de verantwoordelijkheid van een volwassene.
Afhankelijk van welke activiteit nemen we ook speciale voorzorgsmaatregelen. Het is bijvoorbeeld erg belangrijk om eetbare planten op een juiste manier te identificerenw4, op de hoogte te zijn van de lokale parasieten of andere gevaren voor de gezondheid en de kinderen niet toe te staan om iets te eten zonder de toestemming van een leraar. Ook moeten de activiteiten met betrekking tot brand of pijl en boog extra in het oog gehouden worden.
Welke activiteiten u precies kiest voor uw project zal afhangen van uw thema en van de omgeving die u gebruikt. Wij hebben er altijd naar gestreefd naar echte doe-activiteiten. In het jaar dat bijvoorbeeld ons thema “paarden” was hadden we een echt paard dat de kinderen konden berijden en aan de teugel leiden, maakten we paarden van hout en creëerden sieraden voor de manen van het paard om maar een paar activiteiten te noemen. Wanneer we als thema “piraten” gebruikten, maakten de kinderen papier boten en deden daarmee zeilwedstrijden op de beek, leerden zwaardvechten, speelden spelletjes zoals andere schepen enteren en maakten we piratenkleding en ooglapjes.
Wat het thema van een bepaald jaar ook mag zijn, op de laatste dag zetten we een tentoonstelling op van wat de verschillende groepen hebben gedaan. Ouders krijgen bijvoorbeeld de pijl en boog te zien en de kinderen leggen uit hoe ze worden gemaakt en gebruikt. De klas laat de verschillende soorten brandstof zien waarmee ze in het vuur hebben geëxperimenteerd en laten zien welke beter of minder goed branden. De verzamelaars nodigen de ouders uit om de verschillende soorten kruiden en planten te proberen die ze gedurende de week hebben verzameld.
Naast het feit dat het een kans is om te laten zien wat ze geleerd hebben versterkt deze sessie het leren door het vergroten van de woordenschat van de kinderen en leert hen hoe ze de resultaten van een experiment kunnen presenteren. In eerste instantie vreesden we dat dit overduidelijk didactische element van de week op de weide zou de activiteiten minder leuk kunnen maken voor de kinderen, maar in feite bleek het een goede motivatie te zijn. Bovendien draagt het bij aan het verbreden van het wetenschappelijk en technische leren van de week door het toevoegen van een taalkundige dimensie.
Het centrale deel van de laatste dag is het koken van een grote pan soep uit vers geplukte groenten en planten uit de wei en de velden – een andere mogelijkheid om iets te leren over planten maar ook een meer algemene inleiding tot gezond eten en een gedeelde ervaring voor kinderen, ouders en leerkrachten. Voor de meeste van onze leerlingen, van wie velen afkomstig zijn uit kansarme milieus, is dit de eerste keer dat ze een soep geprobeerd hebben die bereid is met verse ingrediënten. In de loop der jaren hebben we gezien dat leerlingen het idee van vers bereide voedsel meenemen naar huis – een perfect voorbeeld van hoe praktische en theoretische elementen samenkomen.
De week op de weide biedt een flexibel kader waarin een scala aan activiteiten kan worden verankerd en die ontwikkeld en met elkaar gekozen kunnen worden door leerkrachten en leerlingen samen. In aanvulling op de belangrijkste wetenschappelijke inhoud van onze week in de wei, vinden we bijvoorbeeld ook tijd voor liedjes en spelletjes, kunstnijverheid, en hebben er zelfs een bezoek aan een plaatselijke imker ingepast. Het is ook een gelegenheid om externe partners in te brengen – in ons geval, de boer, de imker en de lokale scout groep – verder breken met de routine van het leren in de klas.
Tot slot laat het een holistische manier van lesgeven zien, het combineert verschillende aspecten van de wetenschap met praktische activiteiten, die echt het leven van de kinderen beïnvloedt.
Een vergelijkbaar recept (voor chapati’s, in het engels) is te vinden op de website van de BBC.
Het opzetten van een Stenen Tijdperkkamp voor kinderen van de basisschool is een prima voorbeeld van interdisciplinair onderwijs en leren. Het combineert natuurkunde, milieu-educatie, technologie en vele andere disciplines die de leraar erbij zou willen betrekken.
De voorgestelde activiteiten zijn nieuw en bieden een alternatieve manier om les te geven in vele wetenschappelijke en technologische onderwerpen, zoals het bouwen van een tent, het verzamelen, identificeren en benoemen van kruiden en elementaire mechanica (schieten met een pijl). Ik ken geen enkele school in mijn land (niet voor speciaal en ook niet voor regulier onderwijs) dat dergelijke kansen biedt aan haar leerlingen.
Het is waarschijnlijk niet eenvoudig om een dergelijke activiteit te organiseren maar het is ook niet onmogelijk. En hoewel het de eerste keer moeilijk kan zijn zullen de volgende jaren gemakkelijker zijn. Met de juiste voorbereiding door de docenten en de juiste ondersteuning vanuit de schoolleiding en de ouders, zullen de leerlingen veel meer uit het project halen dan ze zouden doen als ze in het klaslokaal bleven. Daarnaast zal het krijgen van hulp van mensen of groepen (bijvoorbeeld boeren of padvinderij) van buiten de school ook tal van educatieve en sociale voordelen voor de leerlingen geven.
In plaats van een wei te gebruiken kunnen de activiteiten ook zeker prima verplaatst worden naar een dichtbijgelegen park of rivieroever, die gemakkelijker te vinden zijn in een stad.
Christiana Nicolaou, Cyprus