Supporting materials
Download
Download this article as a PDF
Vertaald door Piet Das. Een hypothetisch familieportret bouwen kan leerlingen helpen om erfelijkheid te begrijpen.
Ben je op zoek naar een manier om te beoordelen of je biologieleerlingen echt de basistermen van de erfelijkheidsleer, zoals dominant, recessief of genotype en fenotype, begrijpen? In dit practicum wordt een leuke, collaboratieve en interdisciplinaire manier aangeboden om leerlingen enthousiast te krijgen voor de studie van de menselijke genetica . Leerlingen werken samen om een genetische portret van hun denkbeeldige familie samen te stellen op basis van een aantal waarneembare, erfelijke eigenschappen. Door hun kennis actief te gebruiken, zullen de leerlingen het belang en de betekenis van de genetica-studie in zijn real-life context waarderen.
Termen zoals genotype, fenotype, homozygoot en heterozygoot worden in elk biologielokaal gebruikt, maar die termen zijn voor leerlingen omslachtig en moeilijk te begrijpen, vooral als het niet wordt onderwezen op een manier die actief leren en samenwerking bevordert (Nowak & Plucker, 2002).
Een lessenserie over genetica begint meestal met de introductie van hoe bepaalde eigenschappen of fysieke kenmerken bij personen in verschillende generaties van dezelfde familie voorkomen. De beoordelingsopdracht die hier beschreven wordt, geeft leerlingen de mogelijkheid om een goed begrip te laten zien van de concepten, zoals het verschil tussen dominante en recessieve eigenschappen en genotype. Zij gaan deze kennis gebruiken om vierkanten van Punnett (kruisingsschema’s) te bouwen voor erfelijke eigenschappen. Leerlingen gaan de mogelijke uitkomsten van genetische kruisingen voorspellen om zo een ‘ familieportrettenalbum ‘ te maken, dat de exacte weergave is van de fenotypen van ouders en nakomelingen.
Als begin van het familieportretproject, laat je leerlingen eerst koppeltjes vormen – idealiter met een student van de andere sekse . In niet-gemengde scholen of klassen die niet goed verdeeld zijn qua sekse, is dit echter niet altijd mogelijk .
Ten eerste moeten de leerlingen werkblad één gedetailleerdw1 invullen om hen te helpen bij het bepalen van hun eigen fenotype en mogelijk genotype, voor verschillende waarneembare eigenschappen. Leerlingen beginnen aan het onderzoek met een selectie van al hun eigen fysieke kenmerken, van de aanwezigheid van sproeten tot de mogelijkheid om met hun tong te rollen. Mijn leerlingen reageerden erg opgewonden en verbaast toen ze beseften dat kenmerken waar ze zelden over nadenken eigenlijk dominante of recessieve eigenschappen zijn.
Leerlingpaartjes moeten willekeurig de sekse van maximaal zeven kinderen selecteren door het opgooien van een muntstuk of door gemarkeerde kaarten uit een zak te pakken. Om het practicum realistischer te maken, hebben we ook uitdrukkingen als ‘ jongenstweeling’ of ‘ meisjesdrieling ‘ in de zak gedaan. Zodra de geslachten van de kinderen zijn geselecteerd, kunnen de leerlingpaartjes kruisingsschema’s bouwen met behulp van de erfelijke eigenschappen. Leerlingen moeten dan gebruik maken van werkblad tweew2 om structuur aan te brengen in de genotypen en fenotypen van hun familie bij het bouwen van hun kruisingsschema’s. Herinner de leerlingen eraan dat erfelijkheidsleer zeer ingewikkeld is en dat in de echte wereld afstamming niet kan worden vastgesteld door maar een klein aantal kenmerken te gebruiken, omdat die ook beïnvloed kunnen zijn door omgevingsfactoren.
Zodra de genotypen en fenotypen zijn bepaald voor elk van de mogelijke nakomelingen, kunnen de familieportretten worden samengesteld. Voorzie leerlingen van krijtjes , kleurpotloden , verf en tekenpapier. Het portret van elk kind moet een exacte weergave zijn van de fenotypen die ze tijdens het maken van de kruisingsschema’s gekregen hebben. Leerlingen kunnen zo fantasierijk en creatief te zijn als ze zelf willen in deze fase van het project (figuur 1). Misschien wel het meest intrigerende aspect van dit project is het interdisciplinaire karakter. We konden dit project opnemen in de lessen compositie- schetsen en portretten maken van de tekenleraar.
Deelnemer 1: ____________________________________
Deelnemer 2: ____________________________________
Evaluatie:
Inhoud | Beoordeelde criteria | Evaluatie van de bedrevenheid | Aantal punten per cel van de rubric | Behaalde punten |
---|---|---|---|---|
Ouder/kind vel | Het gentotype/fenotype van beide teamleden is juist aangegeven op de kaart. | Genotypische en fenotypische percentages zijn omschreven voor elk schema. | 15 | |
Vierkanten van Punett (kruisingsschema’s) | Kruisingsschema’s zijn gebruikt voor elk van de aangegeven eigenschappen. | Genotypische en fenotypische percentages zijn omschreven voor elk schema. | 10 | |
Familieportret | Doet een voldoende poging tot artistieke uitmuntendheid. De tekening lijkt goed doordacht en uitgewerkt op basis van de informatie die op de kaart staat. | Lost problemen effectief op en redeneert effectief. | 20 | |
Elke eigenschap van elk kind blijkt uit de tekening of is angegeven om de lezer te begeleiden bij het bepalen van het fenotype. | Identificeert alle belangrijke elementen van het probleem. | 10 | ||
Totaal | 55 |
We hebben een evaluatie rubric voor de docent gemaakt, om hem te helpen bij het vaststellen of leerlingen een nauwkeurig familieportret samengesteld hebben, die klopt voor de genotypen en fenotypen van elke ouder en alle nakomelingen (zie hierboven). Leerlingen moeten ook alle illustraties en vierkanten van Punnett (kruisingsschema’s) inleveren voor de evaluatie. Een van de kenmerken van dit practicum is dat het voorziet in meerdere geloofwaardige beoordelingsvormen van leerlingen bij het presenteren van hetgeen ze geleerd hebben. Leerlingen die het prettig vinden om in groepjes te werken en op een artistieke manier informatie op te nemen, werden zeer vaardig in het bouwen van het familieportret. Leerlingen die goede schrijvers zijn vonden het werk erg prettig en waren succesvol in het voltooien van de werkbladen.
Het wordt sterk aangeraden om tijdens de hele les steeds formatief te evalueren, door observeren van de kennis en/of vaardigheden die leerlingen laten zien, de toepassing van nieuwe concepten en verandering in het denken op te merken; let dus niet alleen op feitenkennis.
Biologie is een fascinerende discipline om nieuwsgierigheid en betrokkenheid van leerlingen te bevorderen, met name bij het bestuderen van de erfelijkheid. Leerlingen hebben vaak moeite om integrale verbindingen tussen de verschillende concepten te leggen en ze zijn niet in staat om de toepassingen voor het echte leven van wat ze leren doorzien. Alleen door dynamische evaluaties die leerlingen in staat stellen om gesprekken te voeren en directe feedback te ontvangen over hun sterktes en zwaktes, kunnen we de informatieopname van leerlingen verbeteren’ (Van Scotter & Pinkerton, 2008). Deze uitgebalanceerde evaluaties voorzien leerlingen ook van verwachtingen aan het begin van een project, zodat ze van tevoren weten wat belangrijk is en welke kenmerken een beoordelingsprodukt van hoge kwaliteit zal hebben.
Een interessant practicum dat gemakkelijk kan worden aangepast aan verschillende leeftijdsgroepen en capaciteiten. De auteur heeft het ontworpen om leerlingen Mendeliaanse genetica te helpen begrijpen – en om leraren te helpen bepalen welke leerlingen problemen hebben en welke het ‘snappen’ . De familieportretten die deel uitmaken van het laatste deel van het practicum onderbrengen bij andere vakken is een mogelijkheid en het zou niet moeilijk moeten zijn om goede uitbreidingsactiviteiten te ontwikkelen. De instructies voor leerlingen zijn eenvoudig te volgen en het evaluatieformulier is ontworpen om leerlingen en docenten te helpen om te ontdekken hoe goed de Mendeliaanse genetica is begrepen.
Devon Masarati, VK
Download this article as a PDF